‘Een miljoen huizen erbij in tien jaar is politieke fantasie’

26 maart 2021

Bron: Toine Heijmans, verslaggeverscolumn, de Volkskrant 26 3 2021

Hier is niets en alles kan, het is de polder na de oerknal. Een vlakte, gladgestreken en op maat verkaveld, mooi aan ruim water en naast de stad, precies wat de mensen willen, er ligt zelfs al een rondweg klaar. Grotendeels rijksgrond, dus daar kunnen onmiddellijk duizenden huizen op. Maar die komen niet: huizen zijn geen paddenstoelen.

Een miljoen stuks erbij in tien jaar om de woningnood te dempen, is de belofte van de politiek, maar ga eens naar Almere Pampus en wat je ziet is prairie. Dit is al jaren een van de meest logische plekken van het land om snel te bouwen, en toch komt er niets van de grond. Ja, ze bouwen wel, maar geen huizen: uit de laagte komt een windmolenpark omhoog. Benieuwd wie daar wil wonen, in dat bos van monstrueuze stammen en tentakels.

Vlak voor de verkiezingen kwamen D66 en CDA ineens met een plan voor 25 duizend huizen en een brug – tien jaar geleden al werd dat stilgelegd, en toch leek het als nieuw. Rob Jetten verzon er zelfs een ‘pijlsnelle metro’ bij die in 7 minuten Amsterdam haalt, kennelijk met straalmotoren. Ze wisten dat het onzin was, of erger: ze konden het weten.

Een stad ontwikkelen is meer dan alleen woningen bouwen
Almere is, sinds 1976, de kraamkamer van de nieuwbouw, daar leerden ze hoe het werkt, en zo werkt het niet. ‘Een stad ontwikkelen is meer dan alleen woningen bouwen’, schrijven wethouders Veeningen en Lindenbergh in een opiniestuk dat helaas de krant niet haalde, ‘wij zijn geen voorstander van karakterloze industriële wijken’. Eerst de infrastructuur op orde (die brug kost 2 à 3 miljard), en ruimte voor speeltuinen, scholen, winkels, banen. Daarna praten ze verder. Daarom staat er niets over Almere Pampus in de ‘woonvisie 2020-2030’, ook al ligt dat land er al jaren bijna bouwrijp bij.

Almere Poort, Almere Duin en daarna niets: west van de Godendreef houdt het pionieren plotsklaps op. Akkers die zwaar wachten op de lente, wat lage bospercelen, overvleugeld al door stadsgeluid en sluipverkeer, en aan de horizon flatsilhouetten. Maar dit gebied blijft vooralsnog bewoond door ganzen: de enige bebouwing bestaat uit een kunstwerk van Daniel Libeskind (bordje: ‘Het nog jonge Almere krijgt zo een verbinding met het grotere geheel van de geschiedenis en de wereld’).

Friso de Zeeuw: ‘Dit is een land van concurrerende belangen’
‘Ben je daar nu, op die vlakte? Ja, het lijkt alsof het er klaar voor ligt, maar dat is niet genoeg.’ Ten eerste is dit een land van concurrerende belangen, ‘bestaande of nieuwe’, en hier hebben de windmolens het voor nu gewonnen – hetzelfde in Utrecht Rijnenburg, waar de gemeente kiest voor een ‘energielandschap’ met zon en wind. De nieuwe minister van Wonen krijgt een ‘sleurportefeuille’, zegt Friso alvast, dat wordt een ‘enorme ploeterpartij’ – de slag om de ruimte is allang aan de gang, en kan een loopgravenoorlog worden. Ten tweede is zelfs deze vruchtbare rijksgrond ‘niet onmiddellijk te annexeren’: pachtcontracten, procedures, het neemt z’n tijd en geld.

Friso ziet de Vinextijd terugkeren, waarin woongebieden werden aangewezen, jaren negentig, ‘die methodiek was redelijk effectief’. Maar nu ligt het land er krapper bij: ‘de eisen zijn fors hoger: klimaatadaptatie, energietransitie, mobiliteit… als het om de ontsluiting gaat, vliegen de miljoenen je om de oren.’ De doorlooptijd van plan tot bouw is zeven tot vijftien jaar, ‘en het blijft niet altijd hoogconjunctuur hè, er komt ook weer een crisis’.

Amsterdam kondigde een tijdelijke bouwstop af, omdat de gemeente geen geld heeft voor de ambtenarenteams die de projecten begeleiden.

Als het gesprek ten einde is, kijk ik anders naar het open land dat me omringt. Het ligt klaar, en zo zal het blijven liggen. Ooit komen hier duizenden huizen, met ‘een maritiem karakter en metropolitaanse allure’, meldt alvast het bestemmingsplan, maar dat is ver over de horizon van de talloze politieke fantasieën.

 

Meest gelezen

© Woningmakers Nederland | Webdesign en realisatie 2021: Kobalt Digital